* Tentoonstelling 'Design in het Derde Rijk' en omgeving LocHal in Tilburg

Design in het Derde Rijk.

 

Deze tentoonstelling in het Design Museum Den Bosch zorgt voor controverse. We zijn gewend om in musea de goede kant van cultuur te zien. Juist design wordt vaak gepresenteerd als een bijdrage aan een betere wereld. Maar design reflecteert de wereld, met al zijn goede én slechte kanten. Voor de propagandamachine van de nazi's was design belangrijk. 

 

“In de designgeschiedenis wordt de periode 1933-1945 overgeslagen", legt de curator zijn bedoeling uit. “Het is alsof de geschiedenis in 1933 stopt en pas twaalf jaar later, met de ondergang van het Derde Rijk, verdergaat”. 

 

“Als je in een museum belangrijke stromingen in de designgeschiedenis wilt laten zien, kun je niet met een grote boog om de jaren dertig en veertig heen lopen. …  De doorbraak van het modernisme in de westerse vormgeving en architectuur na 1945 valt bijvoorbeeld niet te begrijpen als je niet weet wat er in nazi-Duitsland gebeurde.”

"Deze expo in het Design Museum Den Bosch wil een leegte vullen. Het nazisme heeft een - weliswaar uiterst kwaadaardige - maar ook een heel belangrijke bijdrage geleverd aan de 20e-eeuwse cultuur."

LocHal in Tilburg.

 

Het sociaal woningbouwproject Clarissenhof maakt deel uit van de herontwikkeling van de Tilburgse Spoorzone. Het voormalig rangeerterrein achter het station wordt getransformeerd tot een nieuwe buurt met woningen, werkgebouwen, horeca en de nieuwe openbare bibliotheek. Binnen deze grootschalige operatie – qua dichtheid vergelijkbaar met stationslocaties in andere grote steden – biedt dit project een welkom tegenwicht: een ruimte voor rust en contemplatie.

 

Geïnspireerd door het historische Clarissenklooster dat ooit op deze plek stond, werd een ensemble van witte gebouwen ontworpen rond een aantal groene publieke hoven met aangrenzende tuinen. De 366 woningen – een mix van appartementen, ééngezinswoningen en studio’s – zijn verdeeld over acht gebouwen. De grotere woonblokken sluiten aan op de stedelijke bebouwing rond het spoor en vormen tegelijk de begrenzing tussen het drukke werkgebied en de autovrije woonbuurt.

 

Richting de achtergelegen wijk met arbeidershuisjes worden de blokken kleiner. De blokken zijn onderling verbonden door een aantal arcades, een kapelachtige passage en de centrale ‘kloostergang’, die door de groene hoven voert. De serene sfeer wordt versterkt door de witte gevels met betonen boogvormen, die refereren naar de lokale religieuze architectuur. 

 

Deze site maakt gebruik van cookies om de site optimaal te laten werken.

Cookies zijn kleine bestanden die gebruikt worden om de instellingen van deze site te bewaren. Cookies vertellen ons niet wie je bent.